Kinderen en echtscheiding

Jaarlijks raken ruim 35.000 kinderen betrokken bij een echtscheiding. Een echtscheiding zet ook het leven van een kind op zijn kop. Vooral voor jonge kinderen is het gegeven dat papa en mama bij elkaar horen zo vertrouwd, dat zij niet beseffen dat dit soms niet voor altijd is. Een echtscheiding heeft dan ook zeker invloed op een kind. Hoewel je nooit kunt voorspellen hoe een kind omgaat met het feit dat zijn/haar ouders gaan scheiden, kun je als ouders wel veel doen om de situatie voor een kind makkelijker te maken.

Het belangrijkste is dat je als ouders samen het gesprek met het kind aan gaat. Neem hiervoor de tijd en kies een rustig moment uit. Voor een kind is het heel belangrijk dat ouders samen laten weten dat zij uit elkaar gaan en dat de ouders in dat gesprek op één lijn staan met elkaar. Zorg dat in zo’n gesprek nooit de schuld bij één van de ouders wordt neergelegd. Houd het gesprek verder simpel en benadruk dat jullie als ouders nog steeds heel veel van hem/haar houden. Geef het kind ook de ruimte om vragen te stellen en maak het gesprek niet te lang. Vooral jonge kinderen moeten een gesprek vaak even laten bezinken en lijken dan vrij snel over te gaan tot de orde van de dag. Vaak komen op een later moment dan de vragen. Houd daar rekening mee en neem ook dan de tijd om er voor het kind te zijn.

Ouderschapsplan

Over de kinderen moeten ook afspraken worden gemaakt. Welke contactregeling komt er? Waar krijgen de kinderen hun hoofdverblijfplaats? Komt er een co-ouderschap? Etc. etc. Deze afspraken en meer zijn ouders verplicht om vast te leggen in een zogenaamd ouderschapsplan. Sinds 1 maart 2009 wordt door de rechtbank zelfs geen echtscheiding meer uitgesproken als er geen ouderschapsplan is. Voor samenlevende ouders geldt dezelfde verplichting als er minderjarige kinderen zijn en beide ouders het gezag over de kinderen hebben. Ook dan is het opstellen van een ouderschapsplan verplicht en maakt dit onderdeel uit van een zorgvuldige afwikkeling van de beëindiging van de samenleving.

Als (advocaat) scheidingsmediator bespreek ik altijd het ouderschapsplan met de ouders. Daarbij laat ik de ouders in eerste instantie vrij om het ouderschapsplan zoveel mogelijk zelf uit te werken. De ouders weten in eerste instantie immers het beste wat bij hun kind past. Bij het bespreken van het ouderschapsplan kan ik vervolgens wijzen op bepaalde afspraken die naar mijn idee nog ontbreken, of op bepaalde afspraken waarvan het mij uit ervaring bekend is dat deze in de praktijk tot (praktische) problemen kunnen leiden. Op die manier is het de bedoeling een goed doordacht ouderschapsplan te krijgen. Dat laatste is belangrijk, omdat het zomaar invullen van een model, vaak geen recht doet aan de situatie. Daarnaast leidt het zomaar invullen van een plan tot vrij summiere afspraken. Naar mijn idee moeten de ouders juist proberen hun ouderschapsplan uniek en passend te maken voor hun kind en hun situatie. Pas dan kun je met recht zeggen een goed ouderschapsplan te hebben opgesteld.

Kinderen hebben ook een stem

Daar waar mogelijk moeten de kinderen zoveel mogelijk worden betrokken bij het opstellen van het ouderschapsplan. Uiteraard kunnen niet alle afspraken uit het plan met het kind worden besproken. Ook de leeftijd van een kind speelt een grote rol bij de mogelijkheid om iets met het kind te bespreken. De bedoeling is in ieder geval dat de ouders het kind, daar waar mogelijk, betrekken bij de afspraken die direct van invloed zijn op het kind. De contactregeling is daarvan het meest bekende voorbeeld.

Omgangsregeling (contactregeling)

Een kind heeft recht op omgang met zijn ouders en op omgang met diegene die in een nauwe persoonlijke betrekking tot hem/haar staat. Op ouders die belast zijn met het gezag rust de verplichting om de banden van het kind met de andere ouder te bevorderen. Ouders dienen in een ouderschapsplan dan ook een zorg- en contactregeling uit te werken. Hiermee wordt hetzelfde bedoeld als met de oudere term, omgangsregeling, die in de praktijk ook nog veel wordt gebruikt.

Op papier zijn dit mooie verplichtingen, maar in de praktijk wordt er helaas geregeld strijd gevoerd over omgangsregelingen. Afspraken worden niet nagekomen. Haal- en brengmomenten lopen uit de hand. Ouders beschuldigen elkaar van allerhande zaken die zouden moeten leiden tot het verminderen of beëindigen van de omgangsregeling.

Omgangsmediation

Als scheidingsmediator begeleid ik ook omgangsmediations. Het doel van dit soort mediations is om ouders weer in gesprek met elkaar te krijgen. Wat je vaak ziet is dat problemen die zich afspelen op het niveau van (ex)partners, tot problemen leiden op het niveau van ouders. Het is moeilijk om als ouders nog een goed gesprek met elkaar te voeren, als je ondertussen elkaar als (ex)partners naar het leven staat. Om dit te veranderen, zullen partijen in moeten zien dat er nog negatieve onverwerkte emoties aanwezig zijn, als gevolg van de echtscheiding/beëindiging van de relatie, die een plek moeten krijgen. Vaak durven mensen best uit te spreken de ander een goede vader of moeder te vinden. Daardoor wordt al snel duidelijk dat het echte probleem niet daar ligt, maar dieper zit. Als het lukt om dit partijen zelf te laten constateren, ontstaat er vaak ruimte om na een paar gesprekken, als ouders weer onbevangen in gesprek met elkaar te gaan over de kinderen en kunnen veel problemen rondom de omgang alsnog worden opgelost.

Omgangsprocedure

Helaas doen zich jaarlijks ook de nodige situaties voor waarin de verhoudingen tussen ouders zo ernstig zijn gebrouilleerd, dat mediation niet meer tot de mogelijkheden behoort. In die gevallen treed ik op als advocaat en begeleid cliënten zo goed mogelijk in de procedure. Omgangskwesties worden dan voorgelegd aan de kinderrechter. Bij de mondelinge behandeling zijn niet alleen de ouders en hun advocaten aanwezig, maar ook een vertegenwoordiger van de Raad voor de Kinderbescherming. De kinderrechter kan in een procedure over de omgang verschillende beslissingen nemen. Het gebeurt vaak dat de Raad voor de Kinderbescherming wordt ingeschakeld om in contact te treden met de ouders en om onderzoek te doen naar een specifiek onderwerp (welke omgangsregeling is in het belang van dit kind etc.). Ook kan doorverwijzing plaatsvinden naar bepaalde hulpverlenende instanties als bijvoorbeeld Jarabee of BOR (begeleide omgangsregeling). Omgangsprocedures zijn vaak langlopende procedures. Dit komt voort uit het feit dat ouders tijdens de procedure vaak worden doorverwezen naar derden om te bezien of dit kan leiden tot een doorbraak om tot een hervatting/verbetering van de omgangsregeling te komen.

Tips voor een goede omgangsregeling

  • Probeer het kind zoveel mogelijk te brengen naar de andere ouder. Zowel aan het begin als aan het einde van een omgangsmoment. Voor een kind is het prettig om niet te hoeven wachten tot het wordt opgehaald. Daarnaast geeft het wegbrengen door de andere ouder het gevoel dat deze ouder het goed vindt dat het kind weer naar de andere ouder gaat.
  • Zorg dat bij de overdracht geen discussies of ruzies ontstaan. Als dit bij jullie vaak het geval is, start dan met een overdracht schriftje waarin de belangrijkste gebeurtenissen staan vermeld van die dag of het weekend. De andere ouder kan daar dan later kennis van nemen en het gesprek aan de deur kan beperkt blijven.
  • Breng een kind zoveel mogelijk echt thuis. Dus niet afzetten op een hoek van de straat of bij de oprit. Als dit tot problemen leidt, schakel dan een derde in die (bij voorkeur tijdelijk tot de ouders dit weer zelf kunnen) het kind haalt en brengt (bijvoorbeeld een oma of tante).

Geef geen boodschappen mee aan het kind. Geen post of briefjes. Regel dit zelf rechtstreeks met de (ex)partner.

Uitzonderingssituaties

Tot slot kunnen zich natuurlijk uitzonderingsgevallen voordoen. Situaties waarin omgang niet in het belang van het kind is. Dit kan verschillende uiteenlopende redenen hebben. Het voorgaande heeft uiteraard geen betrekking op dit soort uitzonderingsgevallen. In die situaties zal een kinderrechter voor advies steeds te rade moeten gaan bij de Raad voor de Kinderbescherming of omgang wel in het belang van een kind is.

Tot slot

Een goede omgangsregeling in de lucht houden is hard werken voor beide ouders, maar onthoud, uiteindelijk willen alle kinderen maar één ding:

“We willen zo graag allebei onze ouders in ons leven. Twee ouders die van ons houden en ons groot zien worden. Twee ouders die staan te juichen langs de lijn, trots zijn als we goeie cijfers halen en alles willen weten over ons eerste gebroken hart. (…) Weten jullie wel hoe moeilijk het soms is om van jullie allebei te houden, terwijl dat soms van 1 van jullie niet mag? Dat we dan maar niks zeggen over hoe leuk het weekend was? We voelen ons verscheurd tussen de twee mensen waar we zoveel van houden. We voelen ons schuldig als we het leuk hebben bij de ander. (…)”.

(uit: Brief aan alle gescheiden ouders van Nederland, www.villapinedo.nl)